De trombone is een muziekinstrument in de koperfamilie. Zoals bij alle koperblazers, wordt er geluid geproduceerd wanneer de trillende lippen van de speler (embouchure) de luchtkolom in het instrument laten trillen. In tegenstelling tot de meeste andere koperblazers, die kleppen hebben die, wanneer ze worden ingedrukt, de toonhoogte van het instrument veranderen, hebben trombones in plaats daarvan een telescopisch schuifmechanisme dat de lengte van het instrument varieert om de toonhoogte te veranderen. Veel moderne trombonemodellen hebben echter ook een klepbevestiging die de toonhoogte van het instrument verlaagt. Varianten zoals de ventieltrombone en superbone hebben drie ventielen die vergelijkbaar zijn met die op de trompet.
Het woord "trombone" is afgeleid van het Italiaans Tromba (trompet) en -one (een achtervoegsel dat "groot" betekent), dus de naam betekent "grote trompet". De trombone heeft een overwegend cilindrische boring zoals zijn tegenhanger met klep, de bariton, in tegenstelling tot zijn conische tegenhangers met klep: de cornet, het euphonium en de hoorn. De meest voorkomende trombones zijn de tenortrombone en bastrombone.