Het maken van een test is vergelijkbaar met het maken van een ritje in een auto. Hoewel niemand in de auto totale controle heeft over de auto en elke rijsituatie, is de bestuurder de persoon in de auto die de meeste controle heeft. Daarom behandelt de bestuurder rijsituaties vaak op een meer ontspannen en comfortabele manier dan de passagiers in de auto.
Evenzo is de persoon in de testsituatie die het meest ontspannen en comfortabel is, de persoon die een groter gevoel van controle heeft. Om de gemiddelde angst die bij de voorbereiding op en het afleggen van een test hoort te verminderen, moet u daarom werken aan het verkrijgen van een gevoel van controle in de testsituatie.
U kunt zich in een testsituatie minder angstig voelen door te leren beheersen wat u kunt: uw emotionele zelf, fysieke zelf en academische zelf. Studenten vergeten vaak dat hun lichaam en geest een integraal onderdeel zijn; dus aan beide moet zorgvuldig aandacht worden besteed, vooral op bijzonder stressvolle tijden zoals testtijd. Als het emotionele en fysieke zelf wordt verzorgd en gecontroleerd, zal het academische zelf worden toegestaan om op zijn best te presteren.